Eenzame verantwoordelijkheid
Auteur(s):
Melanie Gutteling-van der Heijden
Correspondentie:
M. Gutteling-van der Heijden - m.gutteling@sxb.nl
Eenzame verantwoordelijkheid
Het is midden in de nacht. Ik ben de enige intensivist in het ziekenhuis, zoals in de meeste ziekenhuizen in Nederland tijdens de diensturen.
Zojuist hebben we een meneer van 52 jaar van de afdeling opgehaald. Hij was enkele dagen tevoren opgenomen in verband met een pneumonie. Vannacht raakte hij plots respiratoir insufficiënt en diep in shock. De tijd dringt en onder mijn handen gaat het alleen maar slechter en slechter. Inmiddels is hij voorzien van allerlei soorten plastic en loeien de toeters en bellen continu. Als intensive care-team rennen we de poten uit het lijf en met gezamenlijke kracht proberen we hem in leven te houden.
Ik twijfel, dit moet een longembolie zijn, maar ik heb geen echt bewijs. Hooguit aanwijzingen dat dit het geval kan zijn. Ga ik blind trombolyse geven? Met het risico dat hij als complicatie een hersenbloeding krijgt? Als we nu niets doen gaat hij sowieso dood. Ik bel één van mijn collega’s wakker, schets in sneltreinvaart de casus en mijn dilemma en stel haar de vraag: ‘Zou jij dit ook nu doen? Mis ik iets? Heb ik een blinde vlek?’ Gesteund door haar mening starten we de medicatie.
Wat ik me niet realiseerde als intensivist in opleiding, altijd omgeven door een groter team, was deze enorme verantwoordelijkheid die op zulke momenten op mijn schouders rust. De beslissingen die, soms in een split second, door mij genomen moeten worden. Het gevoel dat als het fout afloopt, dit mogelijk het gevolg is van mijn handelen of gebrek aan handelen. De twijfel achteraf of ik echt wel alles gedaan heb wat ik had kunnen doen. De eenzaamheid die dit met zich meebrengt.
Want ook al denken er anderen mee; mijn collega-intensivist, de longarts, de internist en de chirurg, zij liggen meestal thuis in bed. Ik ben degene die naast de patiënt staat.
Helpend is een proactief verpleegkundig team, een cultuur waarbij ’speak up’ normaal is en waarbij we ons realiseren dat we allemaal mensen zijn die soms fouten maken. Of soms na een heftige dienst gewoon even je hart luchten bij een collega. Dit maakt de eenzame verantwoordelijkheid stukken minder eenzaam. Helaas liep het voor mijn patiënt uiteindelijk, enkele dagen later, niet goed af.